Studenten worden door hoge scholen en universiteiten verkeerd voorgelicht over de mogelijkheid op een baan die hun studie biedt. Dat zeggen het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) en de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) in een reactie op het televisieprogramma De Monitor.
Psychologie studenten zouden zo te horen krijgen dat 86 procent van de studenten die de opleiding afrondt binnen ander halfjaar een baan op universitair niveau heeft. In werkelijkheid heeft maar 55 procent binnen ander halfjaar een baan op universitair niveau.
De percentages zijn verschillend omdat alle soorten banen vanaf 12 uur per week worden meegerekend, ongeacht salaris of niveau. "Welke afgestudeerden op dit moment een baan hebben in de vorm van een onderbetaalde werkervaringsplaats, is dus niet duidelijk", aldus de LSVb.
Volgens het LSVb komt de frauduleuze voorlichting vooral voort uit het feit dat goede voorlichting niet in het voordeel van universiteiten en hogescholen zijn. De instituten krijgen namelijk geld voor iedere student die een opleiding afrondt. "Opleidingen hebben er financieel baat bij om zo veel mogelijk studenten op te leiden, ook al is daar op de arbeidsmarkt geen plek voor", zo zegt de voorzitter van de LSVb.
Om dit probleem op te lossen pleiten de studentenvakbond voor een onafhankelijke ‘alumni-monitor’, waar studenten aan afgestudeerden kunnen vragen naar de kansen op banen in hun vakgebied en het niveau en salaris van die banen. Het ISO wil daarbij dat opleiding structureel getoetst gaan worden op doelmatigheid. "Dat dwingt universiteiten en hogescholen om na te denken waartoe ze hun studenten opleiden", schrijft de organisatie.
Minister Bussemaker van Onderwijs erkent ondertussen in een interview met De Monitor dat studenten vaak een verkeerd beeld hebben van hun kansen op de arbeidsmarkt. Zij spreekt over een ‘ernstige fout’. Bussemaker vermeldt daarbij dat zij bij sommige studies in het uiterste geval een ‘paardenmiddel’, als numerus fixus, kan instellen om de kansen op de arbeidsmarkt te verbeteren.